Jan van Steffeswert

bonnefanten

Het Bonnefantenmuseum van Maastricht heeft naast een collectie moderne kunst vooral ook een grote collectie middeleeuwse kunst. Meerdere zalen met vooral veel houten beelden uit de vijftiende en zestiende eeuw vallen daarbij op. De meeste kunstenaars van die werken zijn anoniem, maar van een van de meest prominente weten we wel zijn naam. Het gaat dan om Jan van Steffeswert, die “beeldensnider” was in de eerste decennia van de zestiende eeuw in Maastricht. Hij signeerde veel van zijn werken, soms ook met Jan van Weerd of kortweg Ian. Daarnaast heeft hij op de meeste werken zijn meesterteken geplaatst. Niet alles is gesigneerd of heeft zijn meesterteken, maar door stijlvergelijking is men tot de conclusie gekomen dat bepaalde werken ook uit zijn atelier stammen. Hij heeft gewoond en gewerkt in de Mariastraat in Maastricht. De Mariastraat komt uit bij de voormalige Augustijnenkerk. Deze barokkerk is gebouwd op de plaats waar eerder de Maria ten Oevere kapel stond. Naar deze kapel is de straat genoemd. De kapel is in 1610 afgebroken. We bevinden ons daar in een mooi oud, intiem deel van Maastricht. Het huis waar hij gewoond heeft staat er niet meer en het is ook is niet bekend waar in die straat zijn huis met atelier gestaan heeft.

Op veel plaatsen in en rond Maastricht, o.a. in Aken, zijn werken van Jan van Steffeswert te vinden. Maar ook in veel musea: zelfs in Londen, New York, Kiev, Brussel en Luik staat werk van hem. Waar maakte hij dat werk voor? Dat is lang niet altijd terug te vinden. We weten dat hij voor het Kruisherenklooster minstens vier beelden heeft gemaakt, maar bij de opdracht werd niet vermeld wie er uitgebeeld moest worden. Ook maakte hij werk voor het Catharina gasthuis of de abdijkerk van Meerssen. Daarnaast weten we dat hij complete altaarretabels heeft gemaakt, en kruisigingsscenes. In het Bonnefantenmuseum staat een prachtig kruisbeeld door hem gemaakt, van de altaarretabels is tot nu toe nog niets terug gevonden.

De tijd van Jan van Steffeswert was een roerige tijd. Gelukkig heeft hij niet meer de beeldenstorm van 1566 meegemaakt, toen alles in Maria ten Oevere kort en klein is geslagen. Misschien ook is daar toen werk van hem vernield. En er zijn meer kerken en kloosters waar het toen mis ging, zoals in het Dominicanen klooster. Maar er zijn kronieken bekend die het een en ander ook van onlusten in zijn eigen tijd beschrijven. Zo waren er bendes. Een bende uit Luik overviel Sint Geertruid en Eckelrade in 1491 op oudjaarsavond. De koster werd gedood en alles van waarde uit de kerken werd meegenomen. Vervolgens stichten ze brand in de omliggende huizen en namen inwoners gevangen. Op vastenavond van het jaar daarna waren ze er weer, nu in Daelhem, Voeren en andere dorpen. Een van de rovers bleek de burggraaf van Montfort. De daders werden nu na hun rooftocht door een grote groep achtervolgd en vier hoge heren werden daarbij gedood. Ook hertog Karel van Gelre plunderde bij zijn doortocht Maastricht waarbij meerdere huizen van Maastricht in brand werden gestoken. Jan van Steffeswert zal toen meer dan 22 jaar zijn geweest, dat kunnen we afleiden uit het feit dat hij in 1508 een 18 jarige dochter had, en hij zelf zal bij haar geboorte toch al gauw 20 jaar of ouder zijn geweest. Waar hij toen woonde is niet zeker, we weten met zekerheid dat hij in Maastricht woonde in 1499. Maar het is zeer waarschijnlijk dat hij er toen al een hele tijd woonde, want hij zal in deze stad ook zijn opgeleid tot beeldhouwer. Wat was er nog meer aan de hand in die tijd? Natuurrampen. In 1504 was er op Bartholomaeusavond (24 augustus) een aardbeving waardoor veel inwoners van Maastricht hun huizen ontvluchtten. Er was behoorlijk wat schade. In 1505 was er veel wateroverlast, vooral vanuit de Jeker. In 1507 waren er in augustus enkele onweersbuien waarbij hagelstenen zo groot als kippeneieren uit de lucht vielen. Overlast door soldaten en plunderingen heeft hij ook nog meegemaakt. In 1507 was er een doortocht van 3000 Franse soldaten door Maastricht waarbij het er ook niet helemaal zachtzinnig aan toe ging. In 1508 heerste er een besmettelijke ziekte waardoor vooral veel kinderen overleden. De ziekte heerste van mei tot Kerstmis.

Van wie weten we al deze dingen? Er is een kroniek van Maastricht en omstreken die tachtig bladzijden beslaat. Hij begint in 1266 en eindigt in 1517. De schrijver is onbekend. Deze lijkt de gebeurtenissen zeker vanaf 1480 uit eigen waarneming te hebben genoteerd. In 1580 maakt kanunnik Simon Bellomonte prachtige tekeningen van allerlei objecten in Maastricht. Kanunniken hadden veel vrije tijd en ze konden leven van wat het kapittel opbracht aan allerlei inkomsten. Misschien was het ook nu een kanunnik die te veel tijd had. In het Bonnefanten museum hangt een schilderij van Evert Zoudenbalch, proost van de Servaas. Het schilderij is gemaakt tussen 1500 en 1510.

portret kanunnik

In die tijd woonden de proosten op een vaste plek, de proosdij van Maastricht. (In eerdere eeuwen was de proost van de Servaas vaak een nevenbaantje van een aanzienlijk iemand als de aartsbisschop van Mainz) Jan van Steffeswert zal hem vast wel eens zijn tegengekomen. Misschien dat hij of een van zijn kanunniken de schrijver was van de kroniek. Alleen al bij de processies waar deze heren altijd helemaal achteraan liepen kon je ze zien.

Al dat soort dingen zoals we kunnen lezen in deze kroniek zal ook in het atelier van Jan in de Mariastraat het gesprek van de dag zijn geweest. Maar meester in het beelden snijden betekende verder gewoon hard werken, contracten sluiten, op reis gaan naar opdrachtgevers en locaties bekijken, hout bestellen, leerlingen opleiden of overleg voeren met de schilder die alle sculpturen af moest maken. Waarschijnlijk heeft hij zelf trouwens geen enkel beeldhouwwerk geschilderd. Dat was een apart beroep. Het maken van verf alleen al was een hele kunst. Zo gezegd had hij ook gezellen in zijn werkplaats. Dat weten we doordat er een proces geweest is tegen een van zijn leerlingen die vertrok nog voordat zijn contract was afgelopen. En uit een ander proces waar hij een vat rogge moest betalen wegens het verwekken van een kind bij een ander weten we dat hij waarschijnlijk ook een schuinsmarcheerder was. In de Mariastraat woonde trouwens nog een “bildensnider”, misschien een familielid? We weten dat er in zijn tijd minimaal drie meesterbeeldhouwers waren in Maastricht, onder wie dus Jan van Steffeswert.

Veertien werken die zijn achterhaald zijn door Jan van Steffeswert gesigneerd. Nog een aantal dragen zijn meesterteken. En van nog een nog groter aantal wordt door kunstkenners aangenomen dat hij de maker was. Tien van zijn sculpturen, waaronder vier gesigneerde, bevinden zich in het Bonnefanten museum. Alleen al daarom is een bezoek aan dat museum de moeite waard. Want het zijn stuk voor stuk prachtige beelden. Jammer dat de polychromie bij de meeste beelden verdwenen is. Bij enkele beelden is er nog aardig wat van te zien. Twee objecten wil ik hier laten zien en toelichten. Beide werken zijn niet gesigneerd maar wel aan hem toegeschreven.

anna-te-drieen-voor

anna-te-drieen-achter

“Anna te drieën” was een bijzonder populair onderwerp in die tijd waar in kerken veel vraag naar was. We zien drie generaties bij elkaar: grootmoeder Anna, moeder Maria en het kindje Jezus. Kenmerkend voor Jan van Steffeswert is de manier waarop hij Anna laat zitten (zie achterkant), die kennen we ook van andere objecten. Dat was een van de aanwijzingen dat het werk door hem gemaakt zou kunnen zijn. Maar ook andere details schijnen er op te wijzen. Ook maakte Jan van Steffeswert veel sculpturen waar je om heen kon lopen, dus ook de achterkant was uitgewerkt, zelfs als het beeld tegen een wand of pilaar werd geplaatst. Ook dat is hier het geval. Het gaat om een relatief vroeg werk, het wordt gedateerd rond 1500 en is gemaakt van notenhout. Mooi is de houding van Maria, ze leunt enigszins naar voren en staat een beetje op haar voorvoet, zoals je vooral heel goed kunt zien als je de achterkant bekijkt. Ze leunt voorover om Jezus zijn kommetje pap te kunnen aanbieden. Ze houdt het kommetje zo schuin dat de pap er al bijna overheen loopt. Daarmee maakt ze van het tafereel iets heel menselijks. Maria zou zo je eigen moeder kunnen zijn. Je ziet in haar de vrouw die je kon aanroepen om als bemiddelaar te dienen tussen jou en God, ze staat letterlijk heel dicht bij ons.

kruisbeeld

kruisbeeld-detail

Jezus aan het kruis. Ook dit is een zeer menselijk uitgebeeld werk. Nu zien we niet het lieflijke beeld van oma met haar kleinkind rond Maria, maar we zien het smartelijke einde van het lijdensverhaal. De tijd van Jan van Steffeswert is een tijd dat de biddende mens met kracht herinnerd moest worden aan dit moment. De kerk heeft het zwaar te verduren. Niet voor niets leefde Jan van Steffeswert ook in de tijd van de reformatie. We zien deze smartelijke manier van weergeven bij veel kunstenaars uit die tijd. Maar zelden zo krachtig als dat Jan van Steffeswert het uitbeeldt. Het hoort voor mij eigenlijk niet in een museum te staan, maar in een devotieruimte. Het heeft nog steeds de kracht van de maker. Jammer genoeg weten we niet waar het gehangen heeft. Het zou een van de opdrachten geweest kunnen zijn die hij kreeg uit een van de omliggende gemeenten, of van het Catharina gasthuis waar hij ook meer werken voor maakte of zoals gezegd voor het kruisherenklooster, waar in de archieven zijn naam meermaals voorkomt. In 1509 heeft hij een geschil met een schilder omtrent de betaling van een crucifix. Het zou heel goed kunnen gaan om het beeld dat je hier ziet. Dendrologisch wordt het namelijk gedateerd tussen 1505 en 1510. Het beeld is gemaakt van notenhout.

In het Bonnefantenmuseum is een grote ruimte met de collectie Neutelings. Deze verzameling bestaat uit bijna tweehonderd laatmiddeleeuwse kunstvoorwerpen van bijzondere kwaliteit en diversiteit. Behalve veel beeldhouwkunst zien we ook veel kunstnijverheid. We zien complete retabels of retabelfragmenten uit Antwerpen, Brussel, Mechelen en het Rijngebied. Houten, stenen, marmeren en albasten beelden uit onder meer Duitsland, België en Frankrijk vullen deze reeks aan. De verzameling kunstnijverheid wordt gevormd door Maaslands geelgieterswerk of brons uit de twaalfde eeuw, kleine ivoren diptieken of tweeluikjes uit de veertiende eeuw en email uit Limoges. Deze hele verzameling was een geschenk van de in 1996 overleden kunstverzamelaar Neutelings.

Samen met de eigen kunst van het Bonnefanten uit die tijd profileert het museum zich hierdoor nog meer als een museum van middeleeuwse kunst. Het museum heeft daarnaast een relatief kleine verzameling kunst vanaf de renaissance tot 1950. Steeds groter wordt de verzameling moderne kunst van nog later. met enkele aansprekende werken van internationaal bekende kunstenaars als Sol Lewitt naast ook werk van regionale kunstenaars als Ted Noten.

Literatuur:

  • Chronijk van Maestricht en omstreken, anoniem, opnieuw genoteerd door Jos Habets. Publications de la Société d’Archéologie dans le duché de Limbourg, 1864.
  • De Maastrichtse beeldsnijder Jan van Steffeswert, door P.J. te Poel en Th.J. van Rensch. Publications de la Société historique et archéologique dans le Limbourg, 1992
  • Bonnefantenmuseum, collectie Middeleeuws houtsnijwerk (verkrijgbaar in het museum)
  • Bonnefantenmuseum, collectie Neutelings (verkrijgbaar in het museum)

Over Pieter Simons

Docent muziektheorie. Interesses: geschiedenis algemeen, kunstgeschiedenis, lokale geschiedenis, muziek en muziektheorie, filosofie, astronomie, fotografie, natuur, wilde bloemen. En daarnaast allerlei maatschappelijke dingen als onderwijs en opvoeding
Dit bericht werd geplaatst in Geschiedenis, kunst en getagged met , , , , . Maak dit favoriet permalink.

6 reacties op Jan van Steffeswert

  1. riky.simonsjulicher zegt:

    Ha Pieter,

    Heb in 2017 meegedaan aan de poëziewandeling in Stevensweert en daarvoor bijgevoegd gedicht gemaakt.

    Groetjes, Riky

    Like

  2. (Henny)Ja, dat crucifix! Elke keer als ik in het Bonnefantenmuseum was, moest ik het weer fotograferen, zo van onderaf. Wat een realisme en inlevingsvermogen. Het is het meest smartelijke gezicht dat ik ken.

    Like

    • Smart die doet inleven en waar iets goeds uit moet voortkomen. Deze manier van verbeelden was in die tijd nog niet zo lang gangbaar. In de meeste culturen was het uitbeelden van dit soort zaken uit den boze. De hindoes willen bijvoorbeeld nog steeds dat je alleen dingen uitbeeldt die positief zijn, want alles wat je uitbeeldt heeft een effect op de omgeving. Verdriet veroorzaakt verdriet. Het kan ook louterend zijn als een cantate van Bach.
      Heel mooi verwoord allemaal Henny!

      Like

  3. Pingback: SCHOON BOVEN ALLE SCHONE | De Hermitage

  4. Pingback: De moderne Christen | De kwintencirkel

Plaats een reactie

Deze site gebruikt Akismet om spam te bestrijden. Ontdek hoe de data van je reactie verwerkt wordt.