Bezoek aan het Bonnefanten Museum in Corona-tijd

Afgelopen week was het “museumweek” en mensen met een museumjaarkaart konden naar 17 musea in Nederland gaan. Daar moest je dan wel wat voor over hebben. Voordat je aan dat avontuur ging beginnen moest je je realiseren dat je niet alleen een Museumjaarkaart nodig had maar ook dat je maar liefst twee apps op je telefoon moest installeren. Dus ook een smartphone was een vereiste. De apps heetten Close en CoronaCheck. Close is een evenementen app. Op de website waar alles werd uitgelegd stond onder meer:

Bezoeken tijdens deze pilot kan alleen met een Museumkaart. Kinderen zonder Museumkaart kunnen dus niet mee. Om mee te doen met deze pilot is een smartphone noodzakelijk. Alle communicatie na de reservering verloopt via de Close-app. Het negatieve testbewijs krijg je via de CoronaCheck-app. Zodra je de reservering hebt gemaakt krijg je automatisch uitleg over het gebruik van deze apps.

Sommige musea waren voor deze pilot geopend van maandag tot en met woensdag, andere van donderdag tot en met zaterdag. Ik wilde graag de tentoonstelling rond Pieter Brueghel bezoeken in het Bonnefanten museum in Maastricht. Dat was dan tegelijk een mooi smoesje om weer een keer naar Maastricht te gaan. Dus ik reserveerde een tijdslot op vrijdag 23 april om 14 uur. Dat lukte, er was nog plek. Nu moest je dit invullen in de inmiddels geïnstalleerde close-app. Die verwees je dan naar een site waar je een evenementen sneltest kon regelen. Deze test moest op dezelfde of voorafgaande dag plaatsvinden. In mijn geval kon ik kiezen voor een locatie in Rotterdam of eentje in Gorinchem. Ik koos voor de laatste, omdat Gorinchem min of meer op de route ligt naar Maastricht. Toen moest je daar een tijdstip voor de test regelen. Ik zou getest worden op vrijdag 23 april om 10 uur. De uitslag van de test zou je per mail binnen een half uur gestuurd worden met daarbij een unieke code, die via SMS bevestigd moest worden. Onderweg ter hoogte van Den Bosch bleek ik negatief getest. Wat is negatief de laatste tijd een heerlijk positief woord! Mijn vrouw die op de valreep ook mee wilde had ook op die tijd een test geregeld en zij was ook negatief. Als ze ergens over zeurde zei ik de hele dag: ‘je bent negatief’ en dan was ze weer blij. De unieke code die we gekregen hadden moest nu weer ingevuld worden in de CoronaCheck-app. Die maakte daar weer een QR-code van, en als je dan bij het museum kwam moest je die code, de reserveringscode van Close en de museumjaarkaart laten zien. Ik realiseerde me steeds meer hoeveel geld dit niet allemaal gekost moest hebben. Voor de bezoeker was het allemaal gratis. Het feit dat alles een beetje een soort evenemententest was en dat ik een bijdrage daar aan leverde voelde toch een beetje ongemakkelijk, het was voor mij eerder een smoesje. Maar: we mochten naar binnen!

Gedurende een kleine twee uur bezochten we de tentoonstelling “Brueghel en tijdgenoten, kunst als verborgen verzet?” en de tentoonstelling “Huid”, met bijdragen van meerdere kunstenaars over dingen die met het begrip “huid” te maken hebben. Om met die laatste tentoonstelling te beginnen, die was misschien nog het meest interessant. 16 kunstenaars namen hier aan deel.

De onderwerpen liepen uiteen van hoe dingen voelen (je mocht soms ook voelen met je handen of ook met je blote voeten over verschillende dingen lopen). Ferdi Tajiri, op 42-jarige leeftijd in 1969 overleden, maakte van schuimplastic, overtrokken met bont, allerlei objecten. Nog steeds imponerend.

Sommige objecten hadden als onderwerp “hoe verschillend de kleur van huid kan zijn” en je zag ook kledingstukken met een huidskleur. Over de sociale gevolgen van je huidskleur en een bijbehorende film die bestond uit een TED-Talk. Aangrijpend vond ik “Sneeuwwitje in het verkeerde verhaal”. Je ziet sneeuwwitje in een kist liggen, met angstige, opengesperde ogen terwijl ze door dwergen wordt bespied. Marlene Dumas weet je altijd weer te raken. Ook fascinerend was de robot “Annelies” van de tweeling Raeven.  Voorovergebogen op haar billen zit een oude vrouw met een getekend gezicht. Ze lijkt heel veel gehuild te hebben. Je kunt de huid tot op de poriën zien. Af en toe beweegt ze een beetje of maakt ze licht hoestende geluiden. Omdat ze dat zo weinig doet trekt ze extra de aandacht en blijf je er lang naar kijken. Heel levensecht, prachtig gemaakt maar ook de plaatsing in de zaal werkte erg goed.

De tentoonstelling had ook een educatieve component. In een aparte ruimte konden groepjes kinderen tekenen, er waren ook allerlei voel-opdrachten en meer. Maar deze dag dus niet.

De tentoonstelling over Brueghel was de voornaamste aanleiding van mijn bezoek. Ik was nieuwsgierig naar de historische context van zijn schilderijen. Veel verder dan het laten zien van het embleem van de Habsburgers op de vaandels van de soldaten die op weg waren met Jezus naar Golgotha kwam het eigenlijk niet. Op zich is dat natuurlijk wel opmerkelijk, men wist natuurlijk heel goed dat in de tijd van Christus de Romeinse soldaten niets met de Duitse adelaar van doen hadden, waarom dat dan toch laten zien? Maar als je kijkt naar de vele schilderijen met deze scene vanaf ongeveer 1550 tot 1650: je ziet het steeds weer. Niet alleen Pieter Breughel de Jonge liet het zien, ook tijdgenoten schilderden deze emblemen op de vaandels. Was het een algemeen stil verzet tegen de machthebbers? Het zou kunnen, maar veel verder dan dit kwam het verhaal over de historische context niet.

Een bepaald schilderij kwam iets van vijf keer langs, telkens gemaakt met tussenliggende jaren. Het was duidelijk een soort duplicaat. Er werd blijkbaar weer ergens in een kerk of klooster “een lijdensweg” gevraagd en men kwam uit bij het atelier van Brueghel. Dat schilderij werd dan weer geleverd op basis van eerder gemaakte versies. Je ziet dat de hele compositie steeds hetzelfde is, maar toch zijn er telkens weer wat dingen veranderd. Het intrigeert me dan: wat zou de reden van die veranderingen kunnen zijn? Vond de kunstenaar het gewoon leuk om wat dingen een beetje anders te tonen? Of beviel hem dat eerdere detail niet meer? De tentoonstelling was verder vooral de moeite waard doordat ook een aantal andere werken van Brueghel, en ook van tijdgenoten getoond werden. Mooi was ook om in deze context te zien hoe iets latere kunstenaars als Rubens de lijdensweg naar Golgotha op een echt Italiaans-barokke manier schilderden, hoe dus de aanpak opeens helemaal veranderde.

Voordeel van de formule van dit museumbezoek was dat het super rustig was en dat je de tijd kon nemen om alle werken tot in detail te bekijken. Als de musea weer opengaan: de tentoonstelling rond Brueghel is nog tot 4 juli te zien. De tentoonstelling “Huid” nog tot 5 september.

Over Pieter Simons

Docent muziektheorie. Interesses: geschiedenis algemeen, kunstgeschiedenis, lokale geschiedenis, muziek en muziektheorie, filosofie, astronomie, fotografie, natuur, wilde bloemen. En daarnaast allerlei maatschappelijke dingen als onderwijs en opvoeding
Dit bericht werd geplaatst in kunst, maatschappij, recensie en getagged met , , , , , , , , , , , . Maak dit favoriet permalink.

2 reacties op Bezoek aan het Bonnefanten Museum in Corona-tijd

  1. Henny zegt:

    GEEN HAAR op mijn hoofd die erover piekert om aan zo’n manoeuvre te beginnen: ik kon vandaag niet eens inloggen op Philharmonie Zuidnederland. Doodziek word ik, van al dat digitale gedoe. Liever houd ik me dan maar in quarantaine, in mijn eigen huis, waar ik nog heel simpel een krant of boek van papier kan openslaan, of een pen kan hanteren. Waar is onze goede oude tijd gebleven!…

    Like

Plaats een reactie

Deze site gebruikt Akismet om spam te bestrijden. Ontdek hoe de data van je reactie verwerkt wordt.