Op Wikipedia lezen we: De Kleine Beerze is een beek in Brabant die begint bij Duizel en die loopt langs Hoogeloon en Vessem. Vervolgens tussen Oostelbeers en Middelbeers gaat hij naar het Landgoed Baest, waar hij in de Beerze uitmondt.

We maakten een wandeling in deze streek die stond in “Er op uit” van de ANWB. Met deze wandelingen hebben we goede ervaringen. Deze tocht stond in het teken van vooral de beek “kleine Beerze”, maar ook de Landschotsche Heide was een belangrijk onderdeel. Het werd een mooie maar ook enigszins avontuurlijke wandeling, dit omdat een noodzakelijke brug over de Kleine Beerze was verdwenen zodat we noodgedwongen een behoorlijk afwijkende route gingen lopen.

De dikke groene streep op bovenstaande kaart is de route die we officieel hadden moeten lopen, beginnende bij de P in Oostelbeers. Het werd uiteindelijk de rode route. Het begin was nog hetzelfde. Eerst een stukje langs de provinciale weg van Oostelbeers richting Middelbeers, toen naar het zuiden en al snel zagen we de Kleine Beerze.

Er waren niet zo lang geleden zo te zien werkzaamheden geweest, de beek was diep uitgegraven. Men had de stroomrichting op veel plaatsen veranderd om de beek weer op een natuurlijke manier te laten meanderen.

Het wemelde er van de bosvogels, ik maakte een foto van een nog jonge koolmees.

Ondanks de werkzaamheden leek het erop dat we de route gewoon konden vervolgen. Maar dat was dus een eindje verder niet zo. Op de routekaart die ik iets hoger in dit stukje heb weergegeven had bij cijfer 1 een bruggetje moeten zijn. Dat was er niet meer. In de zomer hadden we onze schoenen en sokken uit kunnen doen, de broek kunnen opstropen en door het water kunnen waden. Dat was nu niet aan de orde. We liepen dus maar verder in de hoop een eindje verderop alsnog de beek over te kunnen steken. Het pad langs de beek liep over een breed stuk geëgaliseerd terrein, men was duidelijk van plan dit deel van de beek ook te laten meanderen. Zo liepen we langs een kaarsrechte beek door een soort woestijnlandschap. Tot we opeens niet meer verder konden. Rechts liep de Kleine Beerze, links was een sloot met daarachter een weiland, recht voor ons was er een zijbeek van de Kleine Beerze. Als we op dat punt naar links gingen leek het dat we die zijbeek konden volgen, maar waar zouden we dan in godsnaam uitkomen? Juist. Bij prikkeldraad. Prachtig strak stevig gespannen dik prikkeldraad. Optillen was niet mogelijk, naar beneden duwen ook niet. Ik besloot op mijn buik te gaan liggen en kroop er zo stukje bij beetje onderdoor. Dus moest mijn vrouw ook wel. Het leverde haar bij het weer opstaan een stevige schram in een hand op, ze was net iets te vroeg omhoog gekomen. Na een pijnlijke strijdkreet likte ze haar wonden en liepen we weer verder. Uiteindelijk kwamen we bij een weg, althans we zagen die weg. Maar we zagen vlak voor die weg een obstakel: prikkeldraad van ook nu weer uitstekende kwaliteit. Dus we moesten nogmaals op onze buik. Nu lukte deze operatie zonder verdere schrammen. We kwamen zo op een verharde en stille weg, de Heikestraat. Nu zouden we naar links kunnen gaan over die weg en dan zouden we waarschijnlijk weer bij Oostelbeers uitkomen. We zouden ook naar rechts kunnen gaan, dan bleven we in principe nog steeds parallel lopen met de Kleine Beerze, die een heel eind ten westen van ons verder stroomde. Dat laatste zou wel eens een behoorlijke omweg kunnen gaan worden. Maar terug naar Oostelbeers voelde als een nederlaag. Na enig talmen was het besluit duidelijk: naar rechts. We begonnen al wat moe te worden en hadden zin in koffie. Het was maandag. Op maandag is bijna alle horeca, zeker op het platteland, gesloten. Wat schetst onze verbazing toen we een prachtige locatie tegenkwamen waar we niet alleen koffie maar ook soep en zowaar zelfs een complete lunch konden nuttigen! Langs de weg lag “Boerderijterras de Spekdonken”. Wat was dat een mooie en prettige zaak! We zegen neer in heerlijke fauteuils en wilden er eigenlijk de rest van de middag blijven.

Zeker toen we zagen dat het was gaan regenen.. Maar al vrij snel klaarde het op en besloten we de luxe van de horecagelegenheid op te geven en ons weer in ongewisse avonturen te storten. Na een tijdje kwamen we uit in Vessem. Daar zouden we dan de Kleine Beerze eindelijk kunnen oversteken, hoopten we. Maar niet te vroeg gejuicht: de betreffende weg die een eind verder over de beek zou leiden was…. gesloten. Nee he! Er werd op borden een omleidingsroute aangegeven. Niet te geloven, dat hadden wij weer. Nog weer een verdere omleidingsroute gaan lopen, of het hele end weer terug? Mmm. Nee zeg, dat gaan we dus niet doen. Als we onder prikkeldraad kunnen kruipen moet hier ook iets op te vinden zijn. We waagden het erop en gingen de potentiële ongeluksweg op. En ja hoor: bij de Kleine Beerze aangekomen zagen we het lieflijke beekje stromen door een gapend gat in de weg. Maar tegelijk zagen we hoe het lot ons toch ook weer gunstig gezind was: parallel van de gewezen brug was er een mogelijkheid voor voetgangers en fietsers om hier toch over te kunnen steken. Het zat nu ook weer eens een keer mee.
Even verder weken we van de hoofdweg af en via Donk en Meerven kwamen we na een tijd weer op diezelfde hoofdweg uit, en iets verder bij een plek waar we oorspronkelijk ook uit hadden moeten komen. Zouden we de weg vervolgen en zo rechtdoor naar Oostelbeers lopen? Of zouden we alsnog de route, of misschien een deel van de route vervolgen? Op de kaart zag dat gebied, de Landschotsche Heide, er erg aantrekkelijk uit en we hadden nu al lang genoeg op een verharde weg gelopen. Dus we liepen naar links, de landweg op en bevonden ons zo weer op de route van de ANWB. Onze benen wilden eigenlijk terug naar de auto maar het was er prachtig! We waren blij dat we toch nog een stukje Heide meepikten. Wel besloten we een eindje verder om een flink stuk af te snijden. Naar rechts, richting uitkijktoren. Dat was een mooi modern stalen ding, als je er boven op stond had je echt een fantastisch uitzicht. En het was tegelijk een heerlijk rustpunt.

Daarna kozen we voor de kortste weg terug naar de P in Oostelbeers. In het nabijgelegen Oirschot evalueerden we in een gezellige kroeg onze dag, en ook de route. De omweg die we hadden gemaakt had zijn charme. En prikkeldraad vind ik stiekem leuk. Het pad langs de kaarsrechte beek was misschien niet zo aantrekkelijk, maar het was er doodstil. In geen velden of wegen was er iemand te bekennen geweest. En die rust vind je op niet zo veel plaatsen meer. Het was dus helemaal niet erg, onze omweg. Tegelijk zagen we hoe de Kleine Beerze een prachtig nieuw stukje natuur gaat opleveren als de werkzaamheden klaar zijn. En ook willen we de Landschotsche Heide met zijn meertjes nog een keer uitgebreider bezoeken. Dus over enkele jaren komen we hier zeker nog eens terug!
Wat een spannende tocht, en een mooi verslag!
Opa Blijdorp zou dit vast ook een mooie tocht gevonden hebben, met al die omwegen en hindernissen.
Ruim 50 jaar geleden zijn we langs Middelbeers gefietst, op weg van Eindhoven naar huis. Bij Hilvarenbeek heeft een automobilist Wim nog van de fiets gereden; hij zat bij pa Blijdorp achterop.
Deze omgeving vraagt gewoon om spannende gebeurtenissen…
LikeLike
Wat leuk Hans. Maar misschien is het dan toch niet zo’n goed idee om er nog eens heen te gaan. De doem van de Beerze..
LikeLike
Wat een tocht. Ik zou het je niet na kunnen doen! Wèl mooi.
LikeLike