Ik woon in een poldergebied aan een dijk. Binnendijks staan er allemaal boerderijen. Elke boerderij heeft een langgerekte kavel grond achter de boerderij. Elke kavel is van de andere gescheiden naar twee kanten door middel van een langgerekte sloot.
In de Volkskrant van vandaag zijn een aantal columnisten aan het woord die het hebben over 2017. Arnon Grünberg doet een aantal voorspellingen, bijv. dat de PVV niet de grootste partij wordt. Ik waag het te betwijfelen. In de publieke opinie bespeur ik namelijk twee trends: de populistische en de maatschappelijk betrokkene. Politiek gezien zijn die twee stromingen in Nederland vertegenwoordigd door Wilders en misschien Buma/Gert-Jan Segers? Natuurlijk zijn ook Groen Links en de SP maatschappelijk betrokken. Maar er komt een groeiende hang naar de verbondenheid die de Christelijke kerken ooit wisten te bewerkstelligen. Misschien komt er zelfs een revival van het kerkbezoek. Dat zal nog iets langer duren. Herman Finkers maakte onlangs de ouderwetse Gregoriaanse Mis salonfähig. Ik denk dan ook dat veel mensen gaan stemmen op aan de ene kant PVV, aan de andere kant CDA en CU, meer dan nu op dit moment wordt voorspeld. Dat voorspel ik.
CDA en CU maken zich sterk voor maatschappelijke betrokkenheid, door nog steeds het gezin de hoeksteen van de samenleving te laten zijn maar ook door het propageren van bijv. mantelzorg. Deze zorg voor de medemens zien we ook bij de Christen-democraat Angela Merkel, die zelfs de vluchtelingen welkom heette: “Wir werden das schaffen”. Die sociale context zou ik graag vooral dicht bij huis willen zien, bij ons allen. Door elke dag weer te luisteren naar elkaar, je niet op te fokken in het verkeer en daar weer een echte heer te worden, niet meer onnodig in te halen op dubbele rotondes maar gewoon op je gemak achter elkaar te blijven rijden. Dat soort dingen. In de supermarkt zou het fijn zijn als je geduldig wacht en je niet ergert aan het slome gedrag van die onhandige mevrouw voor je. Een voortdurende instelling van: we zijn er met zijn allen, ieder met zijn eigen beperkingen, maar we mogen er zijn. Die trend is volkomen in strijd met de populistische die alleen maar inspeelt op de angst iets kwijt te raken, de medemens juist niet te vertrouwen. Ikke wil eersie, ikke ben belangrijk. Het is misschien te kort door de bocht, maar ik denk soms wel eens dat al die haastige inhalende inhalige mensen op die dubbele rotondes potentiële Wilders-stemmers zijn…. Moet ik niet doen. Is natuurlijk niet zo. Het zijn natuurlijk artsen op weg naar hun patiënt.
De twee trends botsen. Ik hoop vurig dat de tweede trend de overhand neemt. Dat het sociale aspect in de mens het wint van het ook aangeboren egoïstische aspect. En ik hoop ook dat er partijen zijn die er voor uitkomen dat het vooral daar over zou moeten gaan!
Het bij elkaar hokken in een partij, of in een kerk kan ook kwalijke gevolgen hebben. Wij zijn goed, de rest is slecht. Zo is het zo vaak gegaan en gaat het soms nog. We zoeken uit een gevoel van geborgenheid of veiligheid mensen op die hetzelfde denken. Maar de kunst is om je niet boven de ander te plaatsen. Een voortdurend nederige, zoekende houding is belangrijk. Kijk dat groepje buitenlandse jongeren dat je op straat tegenkomt gewoon vriendelijk aan in plaats van snel de andere kant uit te kijken. Doorbreek het “wij tegen zij” denken. Realiseer je dat culturele verschillen vooral ook voordelen bieden. Je kunt leren van elkaar.
Rutte zei dat de mensen die op de PVV stemmen fatsoenlijke mensen zijn. Daarmee maakt hij het gedachtengoed van Geert Wilders salonfähig. Want die mensen vereenzelvigen zich met dat gedachtengoed. Ik vind dat mensen die echt achter de dingen staan die Wilders beweert niet fatsoenlijk zijn. Rutte zal wel bedoelen dat ze niet in de gaten hebben achter welk gedachtengoed ze eigenlijk staan. Ik waag dat te betwijfelen. Rutte probeert alleen zieltjes te snoepen. Het gedachtengoed van de huidige VVD is helaas in mijn ogen ook niet al te fatsoenlijk. Het stelen van de zieltjes zou dus wel eens kunnen gaan lukken.
Maar Nederland dreigt bijna onbestuurbaar te worden. Er zijn bijv. veel te veel linkse partijen. Groen links, SP, Partij voor de Dieren, Partij van de Arbeid. Het socialisme is ontstaan in een periode dat er nog veel te doen was. Er was grote ongelijkheid, de arbeidsomstandigheden waren slecht, de arbeiders hadden een grote achterstand op het gebied van scholing. De Partij van de Arbeid heeft zich hard gemaakt om dit alles te verbeteren, met groot succes! In feite zijn de doelen van toen nu grotendeels behaald. Nu zijn er andere dingen om je bezorgd over te maken en te verbeteren. Het gaat nu over het milieu, de inrichting van het land maar ook het platteland, de rol van de overheid, de kwaliteit van onderwijs en zorg. Dingen waar multinationals, aandeelhouders en banken vaak heel anders tegen aan kijken. Daar moet een goed evenwicht in worden aangebracht. In de kern denken de zogenaamde linkse partijen daar allemaal hetzelfde over. Maak er één partij van zou ik zeggen.
Wat dan met de christelijke politiek? Nu zitten Christenen niet alleen bij CU, SGP en CDA maar ook bij de meeste andere partijen. Is Christelijk denken sociaal denken? Natuurlijk. Dan is het logisch dat die mensen ook op die ene te vormen linkse partij gaan stemmen en ook daarbij willen horen. Op die ene linkse partij stemmen ook de sociaal denkende moslims, of atheïsten. Het geloof in een God en de kerkgang zijn individuele keuzes. Christelijke of moslimpartijen zouden overbodig moeten zijn.
Wat houd je over? Ik denk iets van drie partijen. Een populistische partij met mensen die het wij-zij denken propageren. Helaas. Een middenpartij zal er ook komen. En daarnaast een linkse partij die niet bang is om er voor uit te komen dat er op individuele basis ingeleverd moet worden als dat voor het land en de medemens beter is. Die het wij-zij denken bewust doorbreekt. Er naar streeft dat de mens in zijn eigen kring sociaal functioneert. Het zal duidelijk zijn waar ik dan op stem.
Maar zoals gezegd, we hebben nu ongelooflijk veel partijen. Dat moet anders. Een kiesdrempel van 5% kan het aantal partijen al drastisch terugdraaien. Verder zou het veel moeilijker moeten worden om een eigen partij op te richten. Uitgangspunt zou moeten zijn: probeer bij een van de al bestaande partijen dingen voor elkaar te krijgen als je goede ideeën hebt. Denk vanuit samenwerking, niet vanuit splitsing. Zoals je ook in de kerken moet streven naar samenwerking in plaats van splitsing. Probeer de katholieke kerk te hervormen van binnen uit als je denkt dat dat nodig is. En bij de Nederlandse Christelijke gemeenten: maak in godsnaam niet weer christelijke splitsingen zoals in het verleden: “Gereformeerd”, “Hervormd”, “Oudgereformeerd”, “Gereformeerd Vrijgemaakt”, “Gereformeerd Vrijgemaakt Binnen verband”, “Gereformeerd Vrijgemaakt Buiten verband”, Luthers. Ik heb het nog niet eens over “Doopsgezinden” of “Oud-Katholieken”.
Nederland is een land van rechte kavels en sloten. Ieder zijn eigen kavel. Dat rechtlijnige denken moet er uit. Laat de sloten hier en daar kronkelen maar maak vooral veel meer bruggetjes. Dan vind je elkaar. Laat ook buitenlanders over de brug komen en op je kavel wonen. Dat zou de ware poldermentaliteit moeten zijn.
Heel mooi, Pieter, dit stukje (Henny).Hans is het nog aan het lezen.
Kun jij mij wegwijs maken? Ik zoek een partij die de Cultuur nog hoog in het vaandel houdt. Cultuur immers is ‘de zuurstof van de samenleving’…
LikeLike