Op oudjaarsdag was ik in een gezelschap met zeven mensen van 34 tot 67 jaar oud. We deden een spelletje, een soort “slimste mens”. Er waren kaartjes met kennisvragen en we hadden ons verdeeld in twee groepen, Om de beurt kreeg iemand een kaartje met daarop vijf kennisvragen die je aan niemand mocht laten zien. Binnen twee minuten moest je omschrijvingen maken. Op basis van die omschrijving moesten de andere mensen van jouw groep zo veel mogelijk antwoorden formuleren tot het goede antwoord er bij was of tot er gepast werd en als er nog tijd was kon je naar de volgende vraag van dat kaartje. Daarna was iemand van de volgende groep aan de beurt.
Bij dit spel kwamen meerdere vaardigheden kijken. Als je zelf het betreffende woord niet kende kon je snel een van de andere vijf woorden kiezen welk je wel kende. Als dat ook niet lukte waren er nog “hints-achtige” mogelijkheden: Je maakte er bijvoorbeeld twee lettergrepen van en de eerste lettergreep kon je dan weer proberen te omschrijven, en dan snel de tweede. Maar binnen de tijdslimiet van twee minuten was dat allemaal niet makkelijk.
Je komt zo op een vermakelijke manier veel van de deelnemers te weten: welke dingen ze weten, hoe ze het aanpakken, en hoe of hoe snel ze kunnen associëren. Ik kon dat allemaal niet zo goed. Om te beginnen blijk ik bijna niets te weten. Meer dan de helft van de vragen ging over Amerikaanse filmacteurs, over popzangers, over Diskjockeys op radiozenders en ook nog eens over hun liefdesleven of hoe ze zich kleden. Ik stond versteld van die vragen maar ook van hoeveel twee van onze deelnemers daar wel van af wisten. De algemene kennis van dit moment schijnt dus voornamelijk gebaseerd te zijn op dit soort kennis. Ergens verwondert het me ook weer niet. In de gewone bioscoop draaien bijna uitsluitend Hollywood films. Ook op de Nederlandse televisie is dat zo. Op de commerciële zenders zal nooit iets anders dan een Hollywood film of een ordinaire Nederlandse film te zien zijn. En de acteurs van die films dien je dus te kennen. Net zoals iedereen ook veel van de top 2000 af weet. Ook daar weet ik bijzonder weinig van. Soms kende ik wel een naam. Maar dat was het dan. Ik kon er geen film of popsong bij noemen. Ook wist ik niets van diens liefdesleven. Dan houdt het op. Ik hoor duidelijk bij de domste mens.
Worden er eigenlijk nog films gemaakt buiten Amerika? Waarom zien we nooit films uit die oneindig grote landen als Rusland, India of China? Waarom zijn popliedjes alleen maar in het Engels?
De jongste deelnemer die avond wist vrijwel alles. Daarentegen wist ze niet wie of wat “Oslo” was. ‘Is dat niet een regisseur?’
Ik heb ook enkele afleveringen gezien van het televisieprogramma “De slimste mens”. Dat vind ik vooral leuk door de droge opmerkingen van Maarten van Rossem. Bij een aflevering waren laatst achter mekaar enkele vragen die ik dan opeens weer gelijk wist, jippie! Een ging over de Minotaurus. Niemand had een flauw benul wat dat was, ikke wel! Bij een volgende vraag hoorden we een fragment uit het slotkoor van de Negende symfonie van Beethoven, en tegelijk werd verteld dat op dat stuk het Europese volkslied “Alle Menschen werden Brüder” was gebaseerd. Wie is de componist? Twee kandidaten: ‘ik heb geen flauw idee’. Een andere kandidaat: (hoofdredacteur Telegraaf): ‘misschien Chopin?’ Daarna kwam deze vraag: “wat is een vallende ster? De kandidaten maakten omschrijvingen als “een komeet”, of “een nova”, maar niemand wist dat het om een meteoriet ging die de dampkring binnen viel. Dat soort vragen zit er niet veel bij. Dan zouden te veel slimme mensen bij de voorrondes al afvallen. Ik zou gegarandeerd ook afvallen. Want ik weet niets van Amerikaanse acteurs. Ik weet ook niet wie het met wie doet. Ik ging het jaar uit als de domste mens.
Troost je Pieter, ook ik zou bij de domste mensen behoren. Maar misschien is het een idee om een alternatief spel te maken, speciaal voor ons soort domme mensen?
Mieke
LikeLike