Het exterieur van de St. Janskerk van Gouda

De St. Jan, gezien vanuit het Zuid-Oosten

Als je bij de hoofdingang, en ook aan de zuid-kant van de kerk bij de kosteringang staat, zie je daar op de muur een plattegrond in reliëfvorm, waarop verschillende kleuren zijn aangebracht. Elke kleur laat iets zien over de ontstaansgeschiedenis van de kerk.

De huidige kerk stamt uit de tijd na de stadsbrand van 1552 maar was in principe al in 1510 klaar. Oorspronkelijk, in de dertiende eeuw, was er slechts een vrij kleine kapel, ter hoogte van de huidige toren. (Het linkerdeel van de gele kleur.) Deze kapel diende waarschijnlijk als hofkapel voor het nabijgelegen hof van de Heren van Goude. Toen Gouda in 1275 stadsrechten kreeg werd het een parochiekerk en werd de kapel geleidelijk vergroot. In het boek “Gouda” van Wim Denslagen is een hoofdstuk aan deze kerk gewijd en kun je veel lezen over de bouwgeschiedenis. Als je er nu om heen loopt kun je van deze geschiedenis een aantal dingen terug zien. Rond 1350 verrees de toren waarvan de onderbouw nog steeds resteert. Rond 1400 werd de kerk naar het oosten uitgebreid en ontstond een driebeukige hallenkerk met een driezijdig stomp koor. (De gele kleur.) In 1438 viel de kerk ten prooi aan een stadsbrand, maar na een korte herstelperiode werd het gebouw alweer in 1443 ingewijd. Na 1475 werd de kerk uitgebreid met extra zijbeuken, een niet uitstekend transept en in 1485 werd de fundering gelegd voor het huidige koor. (De paarse kleur en de groene kleur.) Daarmee ontstond de langste kerk van Nederland. Op een luchtfoto zie je de kolossale omvang van de kerk met een lengte en breedte van ruim 123 bij 49 meter en een grondoppervlak van 4815 m².

Op 12 januari 1552 brandde een groot deel van de kerk door blikseminslag in de toren af. Het koor werd nauwelijks beschadigd. Al een week na de brand vond er een huis-aan-huiscollecte plaats ten behoeve van de herbouw, aan het oorspronkelijke concept veranderde niet veel. Wel verdween in het schip de helft van de pilaren en doordat een dubbele rij dwarskappen haaks aansloot op de hoofdbeuk konden de vensters bijna tot aan het dak worden opgetrokken. Hierdoor ontstond een prachtige ruimte- en lichtwerking. Het is een basilicale kruiskerk, het heeft een kruisvorm, terwijl het middenschip en het koor, evenals de dwarsbeuk (het transept), boven de zijbeuken uitsteken. De kerk is niet overkoepeld met stenen gewelven, daar de druk hiervan op de slappe veenbodem te groot zou zijn. In plaats daarvan heeft zij houten tongewelven. Wellicht ter wille van de ruimtewerking zijn geen spitsbogen toegepast, maar rondbogen. Tussen 1599 en 1604 werd er nog een zandsteden geleding boven op de toren geplaatst en deze kreeg een houten bekroning in renaissancestijl. In 1761 werd in de hele kerk een houten tongewelf onder de overkappingen aangebracht. Van meer recente datum is de kruisingstoren uit 1914, de oude was in de negentiende eeuw wegens bouwvalligheid gesloopt. (Het kleine torentje in het midden op bovenstaande luchtfoto)

Je kunt in vrij stevig tempo in 7 minuten om de kerk heenlopen. We beginnen bij de hoofdingang onder de toren, daar bevindt zich het westelijke deel van de kerk. We lopen naar rechts (richting zuiden), en zien dan vlak naast het hoofdportaal een tweede portaal. Dat is in het begin van de twintigste eeuw drastisch gerestaureerd: het werd min of meer afgebroken en herbouwd in een historiserende stijl. De twee eekhoorntjes onder de twee kleine vensters die je daar ziet zijn bijvoorbeeld toen verzonnen.

Iets verder aan de zuidkant, nog steeds niet zo ver van de toren, kun je een heel oud portaal zien, dat tevoorschijn kwam toen de huisjes die er tegen aan gebouwd stonden in de twintigste eeuw werden gesloopt. Men besloot dit portaal niet op te knappen, maar gewoon te laten zoals het was. Het is zo nog een mooi restant uit de vijftiende eeuw.

Iets verder zie je aan de rechterkant de ingang van Museum Gouda. Deze plek herinnert nog aan de beginjaren van ook de kerk. Hier was ooit een Motte met het kasteel van de heer van Gouda.

We richten onze blik weer op de kerk. Iets verder zie je eerst het zuid-portaal en iets verder de al eerder vermelde kosteringang. Het zuid-portaal zit tussen de consistorie en de kerkmeesterskamer. De kosteringang bevindt zich op zijn beurt weer tussen de kerkmeesterskamer en de van Beverningenkapel. Al die ruimtes kun je van binnenuit bereiken.

Nog iets verder kun je door een parkje om de kerk heenlopen. Daar zie je onder meer de buste van Erasmus, de geleerde die in Gouda is opgegroeid.

In de twintigste eeuw is er aan de noord-oostkant van het koor via een kleine verbinding een aparte kapel gebouwd, de Van der Vorm-kapel. Van der Vorm was een Rotterdamse industrieel die de St. Jan een warm hart toedroeg. In Gouda financierde hij de restauratie van de zogenaamde regulierenglazen. Deze gebrandschilderde glazen waren oorspronkelijk afkomstig uit het Regulierenklooster aan de Raam te Gouda. In 1580 werden de zeven, waarschijnlijk in de werkplaats van Dirck Crabeth vervaardigde, glazen verwerkt tot twee glazen in de Sint-Janskerk. Jan Schouten restaureerde vanaf 1927 de oorspronkelijke glazen op basis van de ontwerptekeningen (de zogenaamde cartons), die bewaard waren gebleven. Van der Vorm besloot ook de kapel te financieren, waar de glazen werden geplaatst. Op onderstaande foto zie je op de voorgrond, voor het koor, deze kapel die qua stijl mooi past bij de rest van de kerk.

Hieronder een portaal waar men ook van buiten uit bij deze kapel kan komen. Er boven zie je een buste van Willem van der Vorm.

Je bent nu aan de noordkant van de kerk. Een kapel met een ranke toren valt in het oog: Het is de van Meurskapel. Die toren kun je als derde spits (naast de hoofdtoren en de kruisingstoren) zien op de eerder getoonde luchtfoto. De kapel is In 1660 gebouwd als grafkapel voor de familie Kant en is in de negentiende eeuw overgegaan op de familie Meurs.

De kerk ziet er van buiten tegenwoordig heel anders uit dan voor 1900. Toen was bijna de hele kerk ombouwd met muurhuisjes. Er is er nog een: het zakkendragershuisje.

Alleen, dit is niet het originele, maar een huisje dat gebouwd is op de oorspronkelijke plaats van het voormalige zakkendragershuisje. Het was toen het gildehuis van het zakkendragersgilde. Oorspronkelijk hebben er zo’n dertig muurhuisjes bij de Sint-Janskerk gestaan. Deze huisjes waren vanaf het einde van de 16e eeuw tegen de kerk aan gebouwd en werden voor verschillende doeleinden gebruikt. Er waren pakhuisjes, knekelhuisjes, een brandspuithuisje, loodsjes, huisjes voor kerkbedienden en accijnshuisjes. Sommige huisjes werden verhuurd als woonhuis. Ook de stadsbeeldhouwer Gregorius Cool (die nog een eigen kapel heeft in de kerk) had hier zijn werkplaats. In 1917 werd het laatste originele muurhuisje afgebroken.

Als je nu de hoek omgaat dan kom je weer bij de hoofdingang onder de toren.

Als je buiten bent hoor je misschien ook bij het hele uur de klok slaan, of als er een dienst wordt aangekondigd kun je de luiklokken horen. In de toren zijn op de vierde geleding vier luiklokken gehangen die luiden als de klepels er tegen aan slaan. Op onderstaand filmpje, gemaakt vanaf het marktplein bij het stadhuis, kun je ze horen.

Maar de kerk heeft ook een prachtig carillon. Bij een carillon zijn er hamers op de klokken aangebracht en dat geeft een ander geluid dan de klepels van de luiklokken. Dit carillon stamt uit 1676 en bestond oorspronkelijk uit 33 klokken, in de stemming grondtoon=Fis. Deze werden gegoten door de beroemde meestergieter Pieter Hemony. Gouda stelde als eis dat nog twee zware klokken in de bas extra zouden worden gegoten, nl. Cis en Dis. Dit was zeer ongebruikelijk, maar hiermee kreeg Gouda een uniek compleet chromatisch spel. In 1678 werden nog twee klokjes door Hemony geleverd en daarmee was het aantal op 37 klokken gekomen. Bij de restauratie in 1966 is nog een vierde octaaf toegevoegd aan de drie oorspronkelijke octaven. Samen met de aangekoppelde Wegewart-luiklok omvat het carillon nu 50 klokken. Daarvan zijn nog 16 van de originele Hemony-klokken in gebruik; 33 klokken zijn vervangen door nieuwe klokken van Klokkengieterij Eijsbouts uit Asten.

Luister naar dit carillon in deze uitgebreide reportage van beiaardier Boudewijn Zwart. Je kunt hem vaak live horen spelen op de zaterdag, als er markt is. Op dit carillon worden de laagste tonen met een pedaal bespeeld, net als dat op een orgel gebeurt.

Over Pieter Simons

Docent muziektheorie. Interesses: geschiedenis algemeen, kunstgeschiedenis, lokale geschiedenis, muziek en muziektheorie, filosofie, astronomie, fotografie, natuur, wilde bloemen. En daarnaast allerlei maatschappelijke dingen als onderwijs en opvoeding
Dit bericht werd geplaatst in Geschiedenis, kunst en getagged met , , . Maak dit favoriet permalink.

Een reactie op Het exterieur van de St. Janskerk van Gouda

  1. Pingback: Het interieur van de Sint-Janskerk van Gouda | De kwintencirkel

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s

Deze site gebruikt Akismet om spam te bestrijden. Ontdek hoe de data van je reactie verwerkt wordt.