In de Volkskrant stond een uitgebreid artikel over het fenomeen webcam bij vogels. Wrede toestanden. Midas Dekkers vond dat je de natuur zijn gang moest laten gaan en niet op deze manier moest potten kijken. Reality webcam, Reality TV, het is allemaal erg in. Maar ook reality radio is in. Je luistert naar de radio en de luisteraar wordt betrokken bij de uitzending, zelfs live via twitter of de telefoon. ‘Ja, daar komt al een berichtje binnen’ zegt :Lex Bolmeier. Een luisteraar vertelt wat voor hem het mooiste fragment uit de Mattheüs is en waarom. Dat fragment krijgen we vervolgens te horen. Niet geprogrammeerd, spontane reality radio. Net zo iets als de webcams. Spannend. Wanneer komt de moeder terug op het nest. Wat zal ze bij zich hebben, een stukje mus of een nog kronkelend stukje pier?
Ook geïmproviseerde muziek heeft iets reality-achtigs. Hoewel, bij jazz: het meeste ligt toch echt wel vast. Of de muzikanten hebben het bewuste stuk al zo vaak gedaan dat ze de “improvisaties” zo ongeveer steeds weer uit hun hoofd kunnen herhalen. Bach kon ook goed improviseren. Maar wat hij heeft opgeschreven, daar is geen speld tussen te krijgen. Elke noot staat exact op zijn plek. Zoals bij de Mattheüs Passie
Vandaag heb ik een vogelconcert gehoord. Het klonk vertrouwd in mijn oren. Maar toch was het onvoorspelbaar. Wanneer zet wie in. De deuntjes waren niet echt geïmproviseerd. Die kende ik al. Maar de timing. De akoestiek. Het volume. Het stereo-effect. Dat was allemaal anders dan anders. Het begon met een voorzichtige inleiding. Toen kwam het goed op gang en reageerde elke muzikant op elkaar. Na afloop was er een klaterend applaus. En natuurlijk kwam er nog een toegift. Eigenlijk klonk het wel net zo prachtig als de Matthaeüspassie van Bach.