Bovenstaande foto is gemaakt door Hinde de Gooijer, zie ook
https://hindeblog.wordpress.com/2018/03/11/duiven/
In het departement Gers, onderdeel van regio Occitanie, kun je vaak zo’n 100 km zuidelijker de toppen van de Pyreneeën zien liggen. Midden in dit departement, aan de rivier de Gimone, ligt het plaatsje Simorre. Als je Simorre binnenkomt kun je niet om de grote kerk heen. Hij is gefortificeerd, dat wil zeggen behalve de grote muurpartijen zie je ook trapgevels als bij een kasteel. Gedeeltelijk is het een geromantiseerde uitbreiding van Violet-le-Duc, die de kerk in de negentiende eeuw restaureerde. Maar je ziet dit soort fortificaties meer in de omgeving.
Waarom gefortificeerd? Vaak wordt verwezen naar oorlogsomstandigheden, zoals die van de honderdjarige oorlog. In dit geval zou een van de oorzaken ook gelegen kunnen zijn in een ordinair conflict tussen een feodale heer en een abt.
De kerk van Simorre is namelijk van oorsprong een abdijkerk, behorende bij het Benedictijner klooster dat op die plek al voor 800 werd gevestigd. Door de grote armoede in de begintijd werd het klooster bij de synode van 817 in Aken, samen met het klooster van het nabijgelegen Saramon, vrijgesteld van belastingen. In 920 plunderden de Noormannen de abdij en de er bij gelegen gebouwen. Daarna ging het snel veel beter en werd het klooster steeds welvarender, dankzij vooral de talloze donaties. In 1187 was er een grote brand waarbij geheel Simorre afbrandde. Klooster en kerk werden opnieuw opgebouwd. De kerk (de huidige) kwam klaar in 1247.
Maar al sinds enige tijd daarvoor was het welvarende klooster een grote bron van jaloezie voor de graven van Astarac, die vlakbij Simorre net een van hun hoofdkwartieren hadden gevestigd. Aan het begin van de dertiende eeuw bouwden zij namelijk het kasteel van Castillon, op de rechteroever van de Gimone, als een van de vier hoofdkwartieren van het graafschap Astarac. (In 1291 besloot de graaf een grotere vestingsplaats te stichten naast zijn kasteel. Hij gaf deze nieuwe stad eveneens de naam Castillon, maar ze werd korte tijd later al Villefranche d’Astarac genoemd. Opvallend is dat hij de huizen niet van steen maar van geramde aarde liet bouwen las ik op een site, maar dit alles terzijde).
Na enige tijd nam de graaf de landerijen die bij het klooster van Simorre hoorden in bezit. In 1287 werd de graaf van Astarac in het ongelijk gesteld bij een rechtsgang, waarna de abdij alles weer terug kreeg en er brak een nieuw tijdperk van welvaart aan. De aartsbisschop van Auch, Amanieu II, wijdde de nieuwe kerk uit 1247 op 8 oktober 1309.
Daarna bleef het relatief rustig totdat in 1573 de protestanten Simorre belegerden. Het klooster was ommuurd, de kerk was een ware vesting en de protestanten kwamen er niet in. De fortificatie werkte..
Waar in een groot deel van het huidige Nederland de tijd van de beeldenstorm en de opkomst van het protestantisme de doodsteek voor veel kloosters betekende, zo was dat in Frankrijk en in de door de Fransen bezette katholieke gebieden de tijd van de Franse revolutie. Toen namelijk werden ook in Simorre het klooster en de kloostergebouwen verkocht en vervolgens afgebroken. Alleen de abdijkerk bleef gespaard omdat deze kerk al sinds 1141 ook voor de inwoners diende als parochiekerk. Maar de beelden en schilderijen in de kerk werden helaas gesloopt of verkocht.
In de kerk zie je toch nog enkele bewaard gebleven sculpturen uit de dertiende eeuw, zoals de vier afbeeldingen van de evangelisten hoog boven de viering. Vanuit elke hoek kijken ze op je neer, in de vorm van hun symbolen: stier, leeuw, adelaar en engel.
Het dorp van ruim 800 inwoners is buitengewoon charmant en doet nog middeleeuws aan. Je voelt de geschiedenis om je heen. En, zeker als het al weer wat warmer is, even op een terrasje wat drinken of wat lekkers halen bij de bakker, heerlijk…
We bezochten deze week ook Lombez, waar ik ook een klein stukje over schreef.
Pingback: Lombez | Pieter Simons column
Pingback: Dorpjes in de Gers in Frankrijk | De kwintencirkel